Waardenburg drechtsteden

vvn niet verrast door stijging aantal verkeersdoden in 2015

Veilig Verkeer Nederland is niet verrast door de stijging van het aantal verkeersdoden op de Nederlandse wegen in 2015. Vorig jaar vielen er 621 doden als gevolg van een verkeersongeval, tegenover 570 in 2014. VVN-directeur Felix Cohen vertelt dat het de verkeersveiligheidsorganisatie niet verbaast. “We zagen het afgelopen jaar al een stijging in het aantal gewonden in het verkeer, en we zien dat nu helaas ook bevestigd in het aantal dodelijke slachtoffers.” 

De afgelopen decennia heeft zich juist een grote afname van het aantal dodelijke verkeersslachtoffers voorgedaan, maar die positieve trend heeft dus afgelopen jaar niet voortgezet. Wel neemt het aantal jonge slachtoffers opvallend sterk af.

Smartphone in verkeer

Volgens Cohen is het gebruik van smartphones tijdens verkeersdeelname een groot probleem. “Wij bieden daarvoor lesprogramma’s in het basisonderwijs en voortgezet onderwijs. Daarnaast zijn oudere verkeersdeelnemers, die tot op steeds hogere leeftijd blijven fietsen en autorijden erg kwetsbaar. Met onze succesvolle VVN Opfriscursus zorgen we dat iedereen zijn verkeerskennis up to date kan houden.”

Het ministerie van Infrastructuur en Milieu maakte bekend dat in 2015 het aantal verkeersdoden is gestegen naar 621. Dat zijn er 51 meer dan het jaar ervoor. De meeste slachtoffers vallen onder inzittenden van personenauto’s (36%) en fietsers (30%). Kijkend naar leeftijdsgroepen dan valt het grootste aantal verkeersdoden onder de 80-plussers (19%). Cohen: “De huidige cijfers zijn voor VVN aanleiding om dit jaar nog extra te investeren op onze producten zoals de opfriscursus.”

Jongeren

De meeste verkeersdoden betroffen 80-plussers; 119 in 2015 ten opzichte van 94 in 2010. Het aantal 80-plussers is sindsdien ook gestegen, maar minder sterk dan de stijging in het aantal verkeersdoden. Bij 20- tot 30-jarigen nam het aantal verkeersdoden in dezelfde periode juist af van 114 naar 87.

Meer afrijders kiezen voor faalangstexamen

Steeds meer leerlingen voor een autorijbewijs kiezen voor een faalangstexamen in plaats van een regulier B-examen.

Het aantal afgenomen faalangstexamen neemt sinds 2011 jaarlijks toe, blijkt uit cijfers die NU.nl via Localfocus van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) heeft ontvangen.

In de eerste helft van 2015 legden 11.967 leerlingen een dergelijk rijexamen af. Dat is 5,8 procent van alle examens. In 2011 was dat aandeel nog 2 procent.

Eisen

Een faalangstexamen duurt 25 minuten langer dan een regulier examen. Het wordt afgenomen door examinatoren die getraind zijn om de angst zoveel mogelijk weg te nemen. Ook is er de mogelijkheid voor een korte pauze tijdens het examen. De eisen om te slagen zijn wel exact hetzelfde, volgens het CBR.

Het CBR denkt dat de examenkandidaten die een faalangstexamen doen, in de meeste gevallen ook echt faalangst hebben. Een faalangstexamen is met 146 euro dan ook aanzienlijk duurder dan een regulier examen van 98,25 euro.

Slagingspercentage

Het slagingspercentage van een faalangstexamen is aanzienlijk hoger dan bij een regulier examen. In de eerste zes maanden van 2015 slaagde 49,7 procent van de reguliere afrijders tegenover 58,5 procent van de leerlingen bij een faalangstexamen.

In 2009 werd het faalangstexamen voor het eerst als proef ingevoerd in Eindhoven. Noord-Brabant was vorig jaar dan ook de provincie waar relatief de meeste faalangstexamens werden uitgevoerd, namelijk 9,4 procent. In Groningen was dat aandeel het laagst met 4 procent van alle examens.

 

 

De hoogte van de verkeersboetes in 2016

bron reflector

bron reflector

De hoogte van de verkeersboetes is vastgesteld voor 2016. Er is veel commotie over de administratiekosten die omhoog zijn gegaan van 7 naar 9 euro. Maar ook de gewone snelheidsovertreding is in een aantal gevallen duurder geworden. Bekijk hier het overzicht.

Wat kost wat?

  • Geen geldige APK € 130
  • Rijden met een verlopen rijbewijs € 90
  • Rijbewijs niet kunnen of willen tonen € 90
  • Niet meewerken aan alcoholcontrole (‘blazen’) € 230
  • Bumperkleven tot 80 km/u € 280
  • Bumperkleven bij hogere snelheid: Kantongerecht, kan oplopen tot € 800
  • Onnodig links rijden op autosnelweg € 140
  • Onnodig links rijden op andere weg met meer rijstroken € 230
  • Overschrijding doorgetrokken streep tussen weg en fietspad € 140
  • Rechts inhalen € 230
  • Blokkeren van een kruispunt € 230
  • Geen voorrang verlenen € 230
  • Uitvaartstoet of militaire colonne doorsnijden € 90
  • Geen richting aangeven € 90
  • Fout parkeren, dubbel parkeren, parkeren op een hoek, zebra, anders bestemde parkeerplaats, buiten de vakken, langs gele streep, enz. € 90
  • Parkeren op een gehandicaptenparkeerplaats € 370
  • Zonder licht rijden, bij avond, binnen de bebouwde kom € 90
  • Zonder licht rijden, bij avond, buiten de bebouwde kom € 140
  • Zonder noodzaak stilstaan op vluchtstrook € 230
  • Politie-, brandweer- of ambulancewagen met sirene en zwaailicht niet voor laten gaan € 230
  • Veiligheidsgordel niet dragen, bestuurder of passagier € 140
  • Niet-handsfree bellen € 230
  • Eénrichtingsweg inrijden € 140
  • Door rood rijden € 230
  • Niet wegrijden bij groen licht € 140
  • Over doorgetrokken streep rijden € 230
  • Verkeerd gebruik voorsorteervak € 230

wil je meer info kijk op reflector.nl

 

Vier op de tien leerlingen doet een tussentijdse toets

Lesbord, reflector, verkeersschool waardenburg, waardenburg, rijschool waardenburg, waardenburg drechtsteden

Vier op de tien leerlingen doet een tussentijdse toets voor hij of zij op examen gaat. Dat heeft vakblad VerkeersPro berekend met cijfers van het CBR. Het percentage verschilt gigantisch door Nederland. In Limburg is de toets ongekend populair, terwijl in de Randstad vaak maar een op de vier leerlingen de TTT doorloopt.

In de analyse konden de cijfers van alle 56 examencentra worden meegenomen over de periode oktober 2014 tot en met september 2015. Inmiddels zijn enkele van deze examencentra al opgegaan in andere centra en daarom niet meer bestaand. Per examencentra is het aantal tussentijdse toetsen en het aantal éérste examens in deze twaalf maanden naast elkaar gelegd, waardoor kon worden gekeken aan hoeveel eerste examens zo’n TTT vooraf gaat.

Daarbij tekent Limburg zich direct als TTT-grootmacht af. Maastricht, Sittard, Heerlen en Horn zijn landelijk de examencentra waar leerlingen het vaakst een tussentijdse toets doen. Dit is in al deze centra boven de 75 procent. In Maastricht is dit percentage zelfs 98,7 procent. Slechts tien examenkandidaten deden géén TTT voor hun examen.

Wil jij hier meer over weten?
Reflector Magazine